Op avontuur gaan, raadsels oplossen en samen een verhaal maken. Dat is de kern van Dungens and Dragons (D&D) spelen. Het is eigenlijk heel simpel: je speelt een personage, bedenkt je wat jou personage zou doen en wat er gebeurd word bepaalt door een dobbelsteen. De spelleider vertelt de groep spelers waar ze zijn en wat de context is om hen heen. Via de spelleider heb je dus bijvoorbeeld gesprekken met mensen in de omgeving of hoor je ineens dat er een horde aan kikkers achter je aan loopt.

De laatste keer dat er bij WESP D&D gespeeld werd was onze groep avonturiers op een schip beland. De bemanning was weg, foetsie, verdwenen. Was het magie? Waren ze opgegeven door een draak? Nee, ze waren gewoon overboord geslagen tijdens een storm, niets bijzonders. Maar, wel moesten ze naar een haven zien te komen met kaart, kompas en het logboek dat de kapitein bijhield. Tijdens deze reis hadden onze avonturiers gesprekken met de andere passagiers. Eén van hen was een tovenaar op een missie. De dromen van mensen werden uit hen gezogen; “Echt, kijk maar, je kan het zien als je door dit glas naar mensen kijkt. Oh, en willen jullie toevallig mij helpen dit mysterie op te lossen?”. Richting de haven komen ze een bootje tegemoet. Aan boord van dit bootje zat een loods die het grote galei heel makkelijk de haven in loodst. Terwijl hij dit doet raken de avonturiers aan de praat met hem. Hij vertelt onder andere over zijn kinderen. Zijn dochter droomde ervan om ballerina te worden, maar dat wilt ze niet meer. Ze gaat wel naar school, maar veel plezier haalt ze daar niet meer uit. Zijn zoontje wilde altijd al bij de stadswacht of bij de Marine, maar nu wil hij niets meer.

Zo kwamen de avonturiers aan in een havenstad. Hier kwamen ze verschillende dingen tegen. Van een koor zonder dirigent, tot een slager die alles tot gehakt maalt. Want, tja, er is toch geen inspiratie om te koken. Door de dag heen is er door het glas te zien dat de dromen zich door de stad heen bewegen, door de stadspoorten en richting een oude tempel. Nou ja, tempel… een ruïne zeg maar.

In de tempel komen onze avonturiers twee personen tegen. Tenminste, dat willen de Sucubus en Incubus dat de groep denkt. Gelukkig heeft een van de groep het door en zo verbreekt de magie. Opeens ziet heel de groep de twee personen voor wat ze echt zijn: demonen. Resultaat? Een gevecht. Conclusie? Twee demonen minder op de wereld (of, is dat dan deze wereld?). In het verkennen van de tempel komen de avonturiers een Baku tegen. Weer een demon, eentje die zich met dromen voedt!

Gelukkig en net op tijd heeft iemand van de groep een idee: Waarom waren die Succubus en Incubus hier eigenlijk? En… waarom zijn die kruiken om de Baku heen gevuld met mistige droombeelden?

Zo eindigde weer een spannend en gezellig avontuur. Iedereen had zijn dromen, wensen en grootste hoop weer terug. Allemaal door onze moedige avonturiers. En de moraal van dit verhaal? Durf te dromen, werk aan je dromen; ze kunnen zomaar weg zijn.

Tweede moraal is natuurlijk dat bij de volgende D&D avond iedereen weer er bij wilt zijn. Wat we dan gaan doen? Geen idee, daar verbaas ik mijzelf ook altijd over.

~ Tjardo, de spelleider.